- Wat zijn de tekenen en symptomen
- Mogelijke oorzaken
- Wat voor zorg met voedsel
- Hoe de behandeling wordt uitgevoerd
De ziekte van Still wordt gekenmerkt door een soort ontstekingsartritis met symptomen zoals pijn en vernietiging van de gewrichten, koorts, uitslag, spierpijn en gewichtsverlies.
Over het algemeen bestaat de behandeling uit de toediening van medicijnen, zoals niet-steroïde ontstekingsremmende medicijnen, prednison en immunosuppressiva.
Wat zijn de tekenen en symptomen
De tekenen en symptomen die zich manifesteren bij mensen met de ziekte van Still zijn hoge koorts, huiduitslag, spier- en gewrichtspijn, polyartritis, serositis, gezwollen lymfeklieren, vergrote lever en milt, verminderde eetlust en verlies gewicht.
In meer ernstige gevallen kan deze ziekte leiden tot de vernietiging van de gewrichten als gevolg van ontsteking, wat vaker voorkomt in de knieën en polsen, ontsteking van het hart en verhoogde vloeistof in de longen.
Mogelijke oorzaken
Het is onduidelijk wat de ziekte van Still veroorzaakt, maar sommige onderzoeken tonen aan dat het kan optreden als gevolg van een virale of bacteriële infectie, als gevolg van veranderingen in het immuunsysteem.
Wat voor zorg met voedsel
Eten bij de ziekte van Still moet zo gezond mogelijk zijn, verdeeld over 5 tot 6 maaltijden per dag, met tussenpozen van ongeveer 2 tot 3 uur. Je moet ook veel water drinken en voedingsmiddelen met vezels in hun samenstelling verkiezen.
Bovendien moeten melk en zuivelproducten in het dieet worden opgenomen vanwege hun samenstelling in calcium en vlees, bij voorkeur mager, omdat ze een geweldige bron van vitamine B12, zink en ijzer zijn.
U moet ook de consumptie van suiker en sterk bewerkte voedingsmiddelen, zoals conserven, gezouten en geconserveerde producten, vermijden. Bekijk enkele eenvoudige tips voor gezond eten.
Hoe de behandeling wordt uitgevoerd
Over het algemeen bestaat de behandeling van de ziekte van Still uit de toediening van niet-steroïde ontstekingsremmende geneesmiddelen, zoals ibuprofen of naproxen, corticosteroïden, zoals prednison of immunosuppressiva, zoals methotrexaat, anakinra, adalimumab, infliximab of tocilizumab, bijvoorbeeld.