Vacuotherapie of endermologie is een behandeling die bestaat uit het over de huid schuiven van apparatuur, het afzuigen van de huid van de spier, geweldig voor het verwijderen van contracturen en het verbeteren van de lymfatische circulatie. Deze esthetische behandeling wordt meestal gebruikt om cellulitis en gelokaliseerd vet te bestrijden.
Deze techniek kan alleen worden gebruikt of in protocollen die andere soorten behandelingen omvatten, zoals modellerende massage, radiofrequentie, lipocavitatie of carboxitherapie, afhankelijk van de behoeften van elke persoon. De sessies moeten worden uitgevoerd door de fysiotherapeut die gespecialiseerd is in functionele dermatologie of door de schoonheidsspecialiste, met sessies die 1-4 keer per maand worden gehouden en die 20-40 minuten duren per te behandelen regio.
Waar is vaccinatie voor?
Vacuotherapie kan geïndiceerd zijn voor:
- Verwijder spiercontracturen in de nek, rug, armen of benen; Help cellulitis in de buik, flanken, billen en dijen te bestrijden; Elimineer overtollig vocht in de buikstreek, benen en enkels; Draag bij aan de eliminatie van toxines; Stimuleer en help het lymfestelsel; verbetert de reactie van de huid op de toepassing van crèmes voor dagelijks gebruik zoals vochtinbrengende crèmes en anti-rimpels; stimuleert de productie van collageen en elastine; verbetert het uiterlijk van het litteken, waardoor het dunner en minder aan de spier gehecht blijft.
Het afzuigen gebeurt door apparatuur die aan de huid is bevestigd en het afzuigen van de huid vindt plaats door een drukverschil dat kan worden geregeld door de therapeut die de techniek toepast. Afhankelijk van het doel van de zuiging, moet deze altijd worden uitgevoerd met inachtneming van de richting van de lymfeklieren en vaten.
Contra-indicaties voor vacuotherapie
Deze behandeling wordt over het algemeen goed verdragen, maar mag niet worden uitgevoerd in geval van een recent litteken, over spataderen, open wond, lokale infectie, gebruik van een pacemaker, hernia ter plaatse, hematoom, flebitis, actieve infectie, hypertensie, gebruik van anticoagulantia en slechte pijnverdraagzaamheid.