Cardiovasculair onderzoek bestaat uit een groep tests die de arts helpen het risico op een hart- of bloedsomloopprobleem, zoals hartfalen, aritmie of infarct, te beoordelen of te ontwikkelen.
Over het algemeen is dit type controle geïndiceerd voor mannen ouder dan 45 jaar en bij vrouwen in de postmenopauzale fase, omdat dit de perioden zijn waarin het risico op cardiovasculaire problemen het grootst is.
Wanneer controleren?
Cardiovasculaire check-up wordt aanbevolen voor mannen ouder dan 45 en postmenopauzale vrouwen. Sommige situaties kunnen echter anticiperen op een bezoek aan de cardioloog, zoals:
- Geschiedenis van familieleden die een hartaanval of plotselinge dood hebben gehad; Constante arteriële hypertensie groter dan 139/89 mmHg; Obesitas; Diabetes; Hoog cholesterol en triglyceriden; Rokers; Hartaandoeningen bij kinderen.
Als u sedentair bent of lichamelijke intensieve activiteiten van lage intensiteit beoefent, is het belangrijk om voordat u een nieuwe sport gaat beoefenen, naar de cardioloog te gaan om de controle te laten uitvoeren, zodat de arts u kan informeren of het hart de functies correct uitvoert..
Als een hartprobleem is ontdekt, wordt aanbevolen om ten minste eenmaal per jaar naar de cardioloog te gaan of wanneer hij of zij aangeeft de behandeling aan te passen. Weet wanneer je naar de cardioloog moet gaan.
Zie ook uw risico op een hartaanval:
Welke examens zijn opgenomen in de controle
De tests die zijn opgenomen in de cardiale controle variëren afhankelijk van de leeftijd en medische geschiedenis van de persoon en zijn meestal inbegrepen:
- Röntgenfoto van de borst, wat meestal wordt gedaan met de persoon die staat en als doel heeft om het gebied rond het hart te controleren, bijvoorbeeld om veranderingen in slagaders te identificeren die het hart bereiken of verlaten; Electro en echocardiogram, waarbij de hartslag, de aanwezigheid van afwijkingen en de structuur van het hart worden geëvalueerd, waarbij wordt gecontroleerd of het orgaan correct functioneert; Stresstest, waarbij de arts het functioneren van het hart tijdens lichamelijke activiteit beoordeelt, in staat zijn om factoren te identificeren die kunnen wijzen op bijvoorbeeld een infarct of hartfalen; Laboratoriumtests, zoals bloedbeeld, CK-MB, troponine en myoglobine, bijvoorbeeld. Bovendien kunnen andere laboratoriumtests worden besteld om het risico op hart- en vaatziekten te beoordelen, zoals de meting van glucose en totaal cholesterol en fracties.
Wanneer deze tests veranderingen vertonen die wijzen op hart- en vaatziekten, kan de arts deze aanvullen met andere, meer specifieke tests, zoals doppler echocardiografie, myocardiale scintigrafie, 24-uurs Holter of 24-uurs ABPM, bijvoorbeeld. Ken de belangrijkste examens voor het hart.